top of page

GEDICHTEN.

1. In het hoofd van haar broer

(voor JDDV wedstrijd)

In het hoofd van haar broer

kwam nog een laatste gedachte op
toen het water zijn lichaam omarmde
zijn hoofd verborg in de golven

Ze had willen redden
maar de schepen voeren nog, boeien dreven

En ook zij was in gedachten verzonken.







 

 

2. Schoffel

(voor JDDV wedstrijd)

Verliet zelfs het
laatste beetje hoop
zijn moeder.
De oorlog was te sterk
geweest, had als
onkruid haar geen
kans gegeven.
En hier stond hij dan,
haar te herdenken.
En de schoffel is
nog steeds niet
uitgevonden.



​





3. Vage vergelijkingen

​(voor JDDV wedstrijd)

Zoals al vele dichters

de liefde in moedige pogingen
hebben geprobeerd te omschrijven,
met vaak niet meer resultaat
dan vage vergelijkingen.
Zo kom ik nu duidelijkheid brengen.
En zeg dat wie wil weten
wat liefde is, maar even op
zijn Hyves moet kijken.





​



4. Nog steeds

(voor JDDV wedstrijd)

​De zee likt de gerimpelde huid

van het strand.
Haalt in een diepe adem het
achtergelaten speelgoed van
elk buurmeisje mee.
Voert die naar plaatsen
waar misschien wel mensen zijn.                      
Het is eb.                                                                    
Ze verteld haar verhalen
in het bekende geruis dat je
hoort in de schelpen,
waarvan je als kind gelooft
dat het echt de zee is.
En dat,
geloof ik nu nog steeds.

​

Woordzoeker
(ter gelegenheid van de nieuwjaarsbijeenkomst

van stichting lezen en schrijven.​)

Ik ben meer dan eens verdwaald
Ik heb de borden wel gevolgd
Maar niet gelezen

Ik ben zoveel kanten op gewezen
En heb de mensen maar vertrouwd

En elke straat die ik inliep heb ik
Mijn ogen dicht geknepen
Proberend te begrijpen wat er stond

Wegwijsborden,
Voor mij, een grote woordzoeker.



​





En hoewel alles

(doe maar dicht maar 2011)

En hoewel alles eigenlijk met te veel woorden is beschreven.
Dat het zelf niet zoveel woorden aankon.
En dat ik niet van woorden houd.
Was het toch alsof ik daar was.
Of was het net een tekening.
Waarin je in een blik ziet, dat woorden overbodig zijn.





​



Tomatensoep 

(doe maar dicht maar 2009)

Mijn leven is een bord tomatensoep,
met daarin lettervermicelli.
Maar hoe ik ook schep en roer,
met een lepel of een soepstengel,
ik krijg geen woorden en geen zinnen.
Mijn leven is een bord tomatensoep.



​



​

Op slot

(Voor stichting lezen en schrijven)

Heel de wereld zit vol letters,
maar het slot ervan zit dicht.
Ik zou het open willen breken,
of open willen zagen.
Maar het slot is veel te sterk.
Ik zou het iemand willen vragen
maar dan verraad ik mijn geheim
Hoe kan ik het slot ooit open krijgen?
En net als ieder ander zijn?



​

 

​

Warm stuk appeltaart

(Voor Geen Daden Maar Woorden Festival)

Condens was wat mijn moeder noemde,
de mist die op het raam bleef kleven.
Ik had er namen in geschreven
in de mist

Ik had de stad al in gestaard
vanuit het oude zolderraam.
Al depressief gekeken
in de mist.

De warme damp
die de ruit zo mistig maakte.
Ieder hapje appeltaart
vermindert mijn verdriet.

 

​​

Krant

(voor Geen Daden Maar Woorden Festival)

Als adem stoppen kan
en mensen schreeuwend,
krijsend.

Alles wat een vulkaan verpletteren kan
onder stromen van openhaardas.
Onschuldig,
maar voor kinderen geen speelgoed

En de pistolen waarmee ook ik
vroeger cowboy speelde.
Laat mensen vallen, liggen.

Ik krijg het wereldnieuws
in vers gedrukte, inkt aflatende vellen.
Ik houd ze in evenwicht in mijn handen.
Voor mij, is het maar zacht verdriet.

​



​



Onder de tafelbladen

(Met dit gedicht stelde Joanne zich voor als columnist voor scholieren.com)

Niemand
die zijn vingers waagt,
onder de tafelbladen in lokaal 24

Het is niet anders dan andere lokalen

Een plek vol herinneringen aan alle ex-leerlingen
die ooit achter dezelfde tafel hebben lopen zweten als wij nu.

Zij hebben geschiedenis geschreven
ook toen al de strijd gestreden
de kauwgom wetten te verbreken

en wij zijn nu.





​



Sterk als een dijk

(Voor de Slachte marathon)

Eens in de vier jaar is het dat

de Slachtedijk weer volstroomt.

2012, nu geen bruisend zeewater

dat alsmaar tegen haar zij beukt.

Eens in de vier krijgt de slachte haar taak terug,

stromen en golven van Friezen

draagt ze moedig op haar rug.

En al meer dan vijfhonderd jaar,

staat ze sterk als een dijk.

​





bottom of page